gratis-verzending vanaf 75,- of afhalen in de winkels van Concerto en Plato voor 16:00 besteld morgen in huis Winkels Service

Recensie

Stichting ROER presenteert op 27 september 2020 samen met Timeless Records een nieuwe dubbel-CD met piano improvisaties door pianist Polo de Haas (1933).
Pianist Polo de Haas geldt als muzikale duizendpoot. Hij speelt klassieke, eigentijdse en geïmproviseerde muziek. Sinds 1994 heeft hij zijn eigen concertserie, aanvankelijk in de Beurs van Berlage en later in het Concertgebouw van Amsterdam, waarin hij als gastheer en presentator de samenwerking zocht met dichters, beeldend kunstenaars, dansers en fotografen en jong talent een kans gaf op te treden. Ook wordt regelmatig westerse en niet-Westerse muziek gecombineerd. De Haas trad op in Shaffy Chantant, werkte in STEIM met onder andere Peter Schat, experimenteerde met elektronische muziek, had zijn eigen televisieprogramma, ‘Spelen met Muziek’, vormde een duo met basklarinettist Harry Sparnaay met wie hij concerten gaf over de hele wereld en werkt al decennialang samen met Boy Edgarprijswinnaar drummer Pierre Courbois. Zijn bijzondere toucher wordt geroemd en hij werd in de Heidelberger Klavierwoche omschreven als ‘dichter onder de pianisten’. Zijn uitvoering van Çanto Ostinato van de Nederlandse componist Simeon ten Holt met pianist Kees Wieringa werd in Fanfare (USA) beschreven als “It’s the pianists that really dazzle.” en werd met goud bekroond. Zijn solo-uitvoering van Canto werd door muziekprogrammeur Pieter Leeflang beschreven als “de mooiste uitvoering die ik ooit hoorde.”

Pianist Polo de Haas over zijn dubbel-CD met geïmproviseerde muziek: ”Improviseren heb ik altijd al gedaan. Improviseren is voor mij hetzelfde als praten. Ik vertel iets en de mensen kunnen het beluisteren als een verhaal. In principe begin ik uit het niets. Het publiek weet niet wat er zal gaan gebeuren, maar ik zelf weet dat ook niet. En dat maakt het dus heel spannend. De Nederlandse componist Simeon ten Holt heeft eens gezegd: ”Mijn vingers vinden hun weg op het klavier en dat leidt tot een compositie.” Mijn vingers leiden mij tot een improvisatie en ik laat me verrassen.

Het zijn nooit loze noten – althans dat probeer ik te vermijden. Het zijn noten die iets uitdrukken.
Ik heb om goed te kunnen spelen een luisterend oor nodig. Het is een soort onzichtbare band die er bestaat tussen het publiek en mij. Je ziet en hoort die band niet, maar ik merk vanuit mijn plek op het podium de lichtste reactie van het publiek.

Ik zie gelaatsuitdrukkingen, ik zie mensen genieten, lol hebben, lachen of huilen. Het is een uitwisseling.
Het is een dubbel-cd geworden. Ruim veertig jaar geleden, op 10 januari 1980, werd ik gebeld door pianist Hugo van Neck (1944-2018) die graag wilde dat ik die ochtend op zijn nieuwe Estonia Concert Grand vleugel kwam spelen om proefopnames te kunnen maken in zijn muziekstudio in Zaltbommel. Ik improviseerde en de klank van de vleugel inspireerde mij. Hij nam het op band op (38 cm DBX) en vele jaren later kreeg ik een DAT-bandje van hem. Onlangs vond ik dat bandje terug en toen ontstond het plan om de nieuwe opname te combineren met deze oude opname.
Op 14 augustus 2020 heb ik in de Kleine Zaal van Het Koninklijk Concertgebouw op een Steinway D vleugel (586341, dezelfde vleugel als waar ik ook tijdens mijn concertserie op speel) een opname kunnen maken. Ik ben gaan zitten en heb een uur lang geïmproviseerd. Dat is vergelijkbaar met de opname bij Hugo van Neck, 40 jaar eerder. Het stond er weer in een keer op. Thuis heb ik deze opname voorbereid en ideeën en onderwerpen verzameld, maar er staat geen noot op papier.
Je hebt tijd nodig als je improviseert om iets te ontwikkelen dat in je zit. Hoe meer tijd je hebt, hoe beter.
Improviseren in de klassieke en eigentijdse muziek is tegenwoordig heel ongewoon. In de tijd van Mozart werd er vaak geïmproviseerd. Mozart en Clementi hielden zelfs een improvisatie-wedstrijd. Clementi won!
In deze corona-tijd zit ik thuis zoals ik altijd thuis zit. Ik zit altijd in quarantaine – met plezier – zoals sommige anderen ook met plezier in quarantaine zitten omdat ze kunnen lezen, gezellig babbelen, spelletjes doen of ongestraft veel opbellen.

Ik geef dit seizoen (2020-2021) enkele concerten. Het worden intieme concerten voor een klein publiek met een soloversie van Canto Ostinato van Simeon ten Holt. Op 11 oktober 2020 om 13.00 en 15.30 uur in de Hertzzaal van Tivoli Vredenburg, op 25 oktober 2020 in De Vereeniging in Nijmegen. Op zondagavond 15 november 2020 speel ik in de Kleine Zaal van Het Koninklijk Concertgebouw in Amsterdam. We beginnen vroeg, om 19.30 uur. Ik speel dan muziek van Philip Glass, Erik Satie, een eigen stuk (Improvisations and Harmonies) en de soloversie van Canto Ostinato van Simeon ten Holt. Er staan ook concerten gepland in Hengelo (3 maart 2021), Hoorn (21 maart 2021) en op 17 april in het Concertgebouw in Amsterdam.”
Door Redactie op

nieuwsbrief